Frans Hals Arsten 2018
Verfvlek OLVGmini
Jan Keunen poster
Introdans Arnhem Radboud hand-rug

Ogen Wijd Open

Als je bij een arts op consult bent, dan zit je daar met de arts, maar ook met een beeldscherm. Daarop staan de uitslagen van de onderzoeken die met jou zijn gedaan: scans, bloedtesten, kweekjes, biopten. Plus een protocol dat de arts door het consult leidt. Er komt een vraag, jij geeft antwoord, er wordt een hokje aangevinkt, waarna het protocol met de volgende vraag komt. Aan het eind rolt daar de diagnose uit, waarna de diverse onderzoeken volgen die de diagnose moeten bevestigen.

Het protocol geeft de verzekeraar houvast, de arts ook. Mocht er iets misgaan, gaat de arts altijd vrijuit als het protocol gevolgd is. De eerste patiënt die een rechtszaak tegen een protocol begint, moet nog opstaan.

In het merendeel van de gevallen zit het protocol goed. Maar regelmatig ook niet. Een ander nadeel van een protocol is het grote aantal onderzoeken dat erop volgt, vaak overbodig. Maar het grootste nadeel is dat de arts zijn vindingrijkheid en ervaring niet volledig kan botvieren. Eenmaal in een protocol staat het associatievermogen uit. Óf je volgt de regeltjes of je denkt zelf na.

Er zijn medische opleidingen die toekomstige artsen kritischer willen laten omgaan met medische protocollen. Het begon allemaal bij het Radboud UMC in Nijmegen. Ze vroegen me iets te bedenken dat de detective in de arts nieuw leven inblaast. Ook Roy Villevoye, Jan Rothuizen en Ruth van Beek kregen die vraag. Sinds 2015 geven we cursussen vrij kijken en beschrijven. Roy laat de artsen voorwerpen tekenen die ze alleen kunnen voelen, met Jan tekenen ze hun omgeving, Ruth laat ze associëren aan de hand van gevonden foto’s. Met mij analyseren ze verfvlekken, de diagnose van de eerste splash! en het uitrijpatroon dat erop volgt. Er is nu een WhatsApp van medicijnenstudenten die elkaar verfvlekken toesturen.

De begeleiders wijzen het veld aan, meer niet. Daarna kijkt iedereen wat er gebeurt. 
Daarom is het ook zo belangrijk dat niemand doet of ie meer weet. Dat er geen hiërarchie in kennis is. Zoals in een medische setting vaak aan de hand is. 
Je associatieve vermogen aanzetten, je fantasie gebruiken, daar gaat het om. Fouten maken kan niet. 

In 2019 is Adriaan Luteijn erbij gekomen, choreograaf van Introdans. Een van zijn oefeningen is paarsgewijs rondlopen. De voorste arts doet de ogen dicht. De achterste stuurt de voorste met een hand in de rug. Naar links, naar rechts, geen botsingen, gaat allemaal vanzelf. Dan stopt de arts met de hand, de achterste, waarna de voorste een stukje doorloopt voor het besef indaalt dat de hand weg is. Snel een stapje naar achteren, hand is weer in de rug. Stopt de hand vijf minuten later opnieuw, dan reageert de voorste arts onmiddellijk, loopt niet meer een stukje door. Zo aanrakingsgericht is het menselijk lichaam. Maar ondertussen verdwijnt in de medische wereld het aanraken van de patiënt. Het is testjes en scans, maar niet je hand op een buik leggen en voelen.

In 2018 hebben Roy Villevoye en ik een groep artsen losgelaten op 26 schilderijen van Frans Hals in het Frans Halsmuseum. Kijk of je kunt ontdekken welke ziekten de geportretteerden onder de leden hebben, was de opdracht. Er hingen twee portretten bij van een getrouwd stel. De artsen moesten constateren dat er vlak voor het portretteren sprake was geweest van huiselijk geweld

Wordt vervolgd.